De wapenwet zoals ze vandaag bestaat is op zijn zachst gezegd een warboel.
De gelegenheid om een degelijke gloednieuwe wapenwet te creëren bood zich aan in 2006, maar werd naar goede Belgische gewoonte gereduceerd tot een populariteitswedstrijd tussen politici.
De 'nieuwe' wapenwet werd van kracht na publicatie ervan in het Belgisch Staatsblad, op 9 juni 2006.
Na een tussenkomst van het Grondwettelijk Hof en een evaluatie van de toepassing van de wet door het Parlement, werd de wet op een aantal punten aangepast. De nieuwe bepalingen evenals de bepalingen die nog niet van kracht waren, zijn in werking sinds 1 september 2008.
Dit overzicht legt u geval per geval uit welke uw rechten en plichten zijn als u in het bezit bent van wapens of als u er wenst aan te schaffen, en dit volgens meerdere concrete hypotheses.
U bezit een verboden wapen.
Het bezit van verboden wapens is strafbaar !
Over welke wapens gaat het ?
Artikel 3, §1 van de wapenwet somt de verboden wapens op. Het gaat voornamelijk over wapens die al verboden waren onder de oude wet :
wapens ontworpen voor uitsluitend militair gebruik, waartoe ook de automatische vuurwapens behoren (zie verder)
spring- en valmessen met slot (ook knipmessen of stiletto’s genaamd), vlindermessen, werpmessen, werpsterren (ook shurikengenaamd), boksbeugels
blanke wapens die uiterlijk gelijken op een ander voorwerp (bijvoorbeeld een mes verborgen in een gordel of pen)
degenstokken en geweerstokken die geen historische sierwapens zijn
knotsen en wapenstokken (ook knuppels of matrakken genaamd)
vuurwapens die zijn gewijzigd om ze te kunnen verbergen, die zijn verborgen in een ander voorwerp of die niet meer voldoen aan hun kenmerken als beschreven in de vergunning ervoor (bijvoorbeeld een geweer met afgezaagde loop)
elektroshockwapens
allerhande spuitbussen (sprays) voor ‘zelfverdediging’
vouwgeweren boven kaliber 20
nunchaku’s (in tegenstelling tot wat velen denken, bestaat hierop geen uitzondering voor Oosterse gevechtssporten!)
geluiddempers (al dan niet gemonteerd op een vuurwapen), nachtkijkers en andere onderdelen of hulpstukken die een vuurwapen een verboden karakter geven
bepaalde munitie (zie art. 22 van de wapenwet en het Koninklijk Besluit van 27 februari 1997)
Dolken, dolkmessen en vouwmessen met een niet-automatisch blokkeermechanisme vallen hier niet langer onder, maar voor het dragen ervan moet u een wettige reden hebben.
Wat moet u doen ?
Als u een verboden wapen bezit dan moet u het afgeven vóór 31 oktober 2008. Erkende verzamelaars mogen bepaalde verboden wapens evenwel bezitten (zie art. 27, §4 (nieuw) van de wapenwet).
Dit kan straffeloos en anoniem voor zover het wapen niet wordt gezocht. De afstand kan gebeuren bij de lokale politie van uw keuze (zie art. 45, §1 van de wapenwet).
In het zeldzame geval dat u een door de vroegere wet vergund wapen zou bezitten, dat pas nu door de inwerkingtreding van de wet verboden is geworden, dan moet u vóór 31 oktober 2008 :
ofwel het wapen door de proefbank voor vuurwapens onomkeerbaar laten ombouwen tot een niet-verboden wapen (waarvoor u desgevallend een vergunning zal nodig hebben !) of neutraliseren (het onbruikbaar maken voor het vuren) (proefbank voor vuurwapens, 45 rue Fond-des-Tawes te 4000 Luik, tel: 04 227 14 55)
ofwel het wapen overdragen aan een persoon die gerechtigd is het te bezitten;
ofwel afstand doen van het wapen bij de lokale politie van uw verblijfplaats tegen een individueel te bepalen billijke vergoeding (zie art. 45, §3 van de wapenwet).
U bezit een automatisch vuurwapen
Automatische vuurwapens zijn opgenomen in de categorie verboden wapens.
Over welke wapens gaat het ?
Het gaat om alle vuurwapens die, na elk afgevuurd schot, zich automatisch herladen en die met één druk op de trekker, een salvo van meerdere schoten kunnen afvuren.
Wat moet u doen ?
Als u een erkende wapenverzameling bezit, dan mag u het wapen verder behouden op voorwaarde dat u er de slagpin uit verwijdert en deze apart en achter slot bewaart.
Zoniet moet u vóór 31 oktober 2008 :
ofwel het wapen door de proefbank voorvuurwapens onomkeerbaar laten ombouwen tot een halfautomatisch wapen, indien dit technisch mogelijk blijkt, of het daar laten neutraliseren
ofwel het wapen overdragen aan een erkend persoon (wapenhandelaar, verzamelaar)
ofwel afstand doen van het wapen bij de lokale politie van uw verblijfplaats (zie art.27, §3 en 45, §2 van de wapenwet) tegen een individueel te bepalen billijke vergoeding.
U bezit illegaal een vuurwapen
De wet wil bezitters van illegale vuurwapens maximaal de kans bieden hun wapens te regulariseren.
Over welke wapens gaat het ?
Het gaat om vuurwapens die al onder de oude wetgeving vergunningsplichtig waren (de zogenaamde verweerwapens en oorlogswapens).
Voorbeelden :
een vuurwapen dat oorspronkelijk vrij verkrijgbaar was en dat u niet hebt aangegeven toen het vergunningsplichtig werd, zoals is gebeurd met de .22 karabijnen (long rifles) en de riot-guns
een vuurwapen dat u heeft geërfd en dat u nooit heeft aangegeven
een vuurwapen dat u op zolder heeft gevonden
een vuurwapen dat u niet wenst te behouden, maar dat u uit angst voor bestraffing nooit durfde aan te geven.
Wat moet u doen ?
U moet vóór 31 oktober 2008 :
ofwel het wapen aangeven bij de lokale politie van uw verblijfplaats en een aanvraag om de noodzakelijke vergunning doen (de politie zal het wapen in bewaring houden tot de gouverneur u een vergunning afgeeft volgens de nieuwe regels)
ofwel het wapen afgeven bij de lokale politie van uw verblijfplaats.
Dit gebeurt straffeloos en in het geval van afstand ook anoniem voor zover het wapen niet wordt gezocht (zie art 44 §1 en 45, §1 van de wapenwet).
U bezit een vuurwapen waarvoor u een vergunning (model 4) heeft
Als uw vergunning op dit moment ouder is dan 5 jaar, te rekenen vanaf haar afgifte of haar laatste betaalde wijziging, moet u de vernieuwing ervan aanvragen vóór 31 oktober 2008. Als uw vergunning pas later 5 jaar oud wordt, moet u de vernieuwing ervan pas aanvragen tegen dat moment.
Eenmaal uw vergunning is vernieuwd, blijft ze geldig voor onbepaalde duur en moet u zelf geen vernieuwingen meer vragen. Als er op uw vergunning een beperking van de geldigheidsduur tot 5 jaar is aangebracht, dan vervalt die. De gouverneur zal wel om de 5 jaar een controle doen. Vergunningen met een kortere geldigheidsduur (bv. 1 jaar) moeten echter wel worden vernieuwd !
Over welke wapens gaat het ?
Vuurwapens die onder de oude wetgeving al vergunningsplichtig waren (de zogenaamde verweerwapens en oorlogswapens).
Wat moet u doen ?
Er kunnen zich drie concrete situaties voordoen :
Uw vergunning is nog geen 5 jaar oud of er werd minder dan 5 jaar geleden een wijziging op aangebracht, waarvoor u een belasting heeft moeten betalen.
In dit geval blijft uw vergunning geldig tot er 5 jaar verstreken zijn. Vóór die vervaldag moet u de hernieuwing ervan vragen aan de gouverneur. Hierbij zal u moeten voldoen aan de nieuwe wettelijke voorwaarden (zie art.11, 32 en 48 van de wapenwet).
Uw vergunning is al meer dan 5 jaar oud of de laatst betaalde wijziging ervan gebeurde meer dan 5 jaar geleden.
Dit betekent dat u vóór 31 oktober 2008 de hernieuwing ervan moet aanvragen aan de gouverneur. Hierbij zal u moeten voldoen aan de nieuwe wettelijke voorwaarden (zie art. 11, 32 en 48 van de wapenwet). U kan ook onmiddellijk een vergunning voor passief wapenbezit aanvragen: hiervoor moet u niet aan alle voorwaarden voldoen, maar u mag geen munitie bezitten of het wapen gebruiken (zie verder).
U bent houder van een geldig jachtverlof (zie art. 13 van de wapenwet) afgegeven door het Vlaams, Brussels of Waals gewest én u bezit een lang vuurwapen toegelaten voor de jacht in dat gewest, of u bent houder van een geldige sportschutterslicentie afgegeven door een schuttersfederatie erkend door de Vlaamse, Franse of Duitse Gemeenschap én u bezit een vuurwapen ontworpen voor de schietsport, dat voorkomt op de lijst van het ministerieel besluit van 15 maart 2007.
In dit geval blijft uw vergunning geldig zolang u een jachtverlof of een sportschutterslicentie heeft.
Als u het wapen niet meer wenst te behouden of niet in aanmerking komt voor de vernieuwing van uw vergunning volgens de nieuwe voorwaarden, kan u het wapen ook in bewaring geven, laten neutraliseren, het overdragen aan een persoon die gerechtigd is het te bezitten of er afstand van doen bij de lokale politie van uw verblijfplaats.
U bezit een vuurwapen waarvoor geen vergunning vereist was
Vanaf nu zijn alle vuurwapens (de vroeger zogenaamde ‘wapens voor wapenrekken’ uitgezonderd) onderworpen aan een vergunning. Alleen jagers en sportschutters zijn hiervan onder bepaalde voorwaarden vrijgesteld.
Over welke wapens gaat het ?
Vuurwapens die onder de oude wetgeving behoorden tot de categorie van de zogenaamde ‘jacht- en sportwapens’. Zulk wapen is mogelijk reeds op uw naam ingeschreven met een bericht van overdracht (model 9) of een Europese vuurwapenpas. Dit volstaat echter niet meer.
Wat moet u doen ?
U beschikt over een periode tot 31 oktober 2008 om uw wapen aan te geven bij de lokale politie van uw verblijfplaats.
Er zijn 3 gevallen mogelijk :
U bent houder van een jachtverlof afgegeven door het Vlaams, Brussels of Waals gewest én u bezit een lang vuurwapen toegelaten voor de jacht in dat gewest, of u bent houder van een geldige sportschutterslicentie afgegeven door een schuttersfederatie erkend door de Vlaamse, Franse of Duitse Gemeenschap én u bezit een vuurwapen ontworpen voor de schietsport, dat voorkomt op de lijst van het ministerieel besluit van 15 maart 2007.
In dit geval moet u geen vergunning aanvragen en ontvangt u een nieuw inschrijvingsbewijs dat geldig blijft zolang u een jachtverlof of een sportschutterslicentie (zie art. 12, § 1van de wapenwet) heeft.
U heeft geen jachtverlof of sportschutterslicentie en heeft het wapen vóór 2006 in bezit gekregen.
In dit geval moet u een vergunning voor het wapen aanvragen en u ontvangt in afwachting daarvan een inschrijvingsbewijs. De gouverneur zal u automatisch een vergunning afgeven als u meerderjarig bent, geen veroordelingen hebt opgelopen en er geen redenen van openbare orde zijn die het wapenbezit in de weg staan, zonder dat u al moet voldoen aan de nieuwe voorwaarden (zie art. 44, §2 van de wapenwet) .
U heeft geen jachtverlof of sportschutterslicentie en heeft het wapen in 2006 in bezit gekregen.
In dit geval geldt dezelfde regeling, maar de vergunning is slechts voor 1 jaar geldig, waarna u aan de nieuwe voorwaarden zal moeten voldoen om een hernieuwing te verkrijgen (zie art. 44, §2 van de wapenwet) . U kunt ook onmiddellijk een vergunning voor passief wapenbezit aanvragen: die is niet in de tijd beperkt maar laat niet toe munitie te bezitten en het wapen te gebruiken (zie verder).
Uiteraard kunt u het wapen ook in bewaring geven, laten neutraliseren, het overdragen aan een persoon die gerechtigd is het te bezitten of er afstand van doen bij de lokale politie van uw verblijfplaats.
U bezit een ander type wapen
Over welke wapens gaat het ?
Het gaat om alarmwapens, wapens voor wapenrekken, seinpistolen, verdovingsgeweren, slachttoestellen, bogen, kruisbogen, wapens op lucht-, gas- of veerdruk, paintballwapens, namaakwapens, niet-verboden messen, zwaarden, degens, bajonetten, geneutraliseerde wapens,…
Wat moet u doen ?
U hoeft niets te doen. De wet wijzigt niets voor u tenzij uw wapen onder de oude wetgeving reeds vergunningsplichtig was. In dat geval moet uw vergunning worden hernieuwd (zie voorheen, hoofdstuk “U bezit een vuurwapen waarvoor u een vergunning (model 4) heeft”).
U bent houder van een wapendrachtvergunning of van een erkenning als wapenhandelaar of uitbater van een erkende schietstand
Houders van wapendrachtvergunningen mogen niet uit het oog verliezen dat hun vergunning in de tijd beperkt is en tijdig moet hernieuwd worden door de gouverneur. Hiervoor geldt vanaf 1 september 2008 een nieuwe procedure (zie art. 14 van de wapenwet) die een medisch attest van een specialist voorschrijft. Beoefenaars van het parcoursschieten met een sportschutterslicentie hebben evenwel geen wapendrachtvergunning meer nodig.
De erkenningen als wapenhandelaar en de erkenningen van schietstanden van meer dan 5 jaar oud of waarvan de laatst betaalde wijziging meer dan 5 jaar geleden gebeurde, moeten worden hernieuwd volgens een nieuwe procedure (zie art. 5 en 20 van de wapenwet).
Ook de professionele vervoerders van wapens moeten voortaan worden erkend (zie art. 21 van de wapenwet).
U erft een vuurwapen
Wie een vuurwapen erft, moet binnen een termijn van twee maanden na het wapen in bezit te hebben gekregen, een vergunning vragen aan de gouverneur. Jagers en sportschutters zijn hiervan vrijgesteld als ze het wapen wensen te gebruiken en dit mogen zonder vergunning (zie verder): voor hen volstaat het dat ze het wapen door de lokale politie op hun naam laten registreren met een document model 9.
Wie het geërfde wapen wil gebruiken en er munitie voor wil bezitten, moet aan alle voorwaarden voldoen om een vergunning te verkrijgen (zie verder).
Wie het wapen alleen wenst te houden als aandenken en niet de bedoeling heeft het te gebruiken, kan op een vereenvoudigde manier een vergunning voor passief wapenbezit verkrijgen. Daarmee mag u het wapen houden, maar mag u geen munitie bezitten of aankopen. Het is dan niet nodig een medisch attest voor te leggen, te slagen voor proeven en een wettige reden op te geven voor het wapenbezit (zie art. 11/2 (nieuw) van de wapenwet).
U wenst een vuurwapen aan te schaffen
U bent jager
Op voorlegging van een geldig jachtverlof kunt u onmiddellijk bij de wapenhandelaar of de particuliere verkoper een lang vuurwapen met een document model 9 op uw naam laten registreren. Dit kan evenwel alleen voor een wapen dat voor de jacht is toegelaten op de plaats waar uw jachtverlof geldt (zie art. 12, 1° (nieuw) van de wapenwet).
U bent sportschutter
Op voorlegging van een geldige sportschutterslicentie kunt u onmiddellijk bij de wapenhandelaar of de particuliere verkoper een vuurwapen ontworpen voor het sportschieten met een document model 9 op uw naam laten registreren. Dit kan evenwel alleen voor een wapen dat voorkomt op de lijst van het ministerieel besluit van 15 maart 2007 (Belgisch Staatsblad van 30 maart 2007).
U behoort niet tot deze categorieën of u wenst een ander wapen aan te schaffen
In alle overige gevallen zijn de algemene regels (zie art. 11, §3 van de wapenwet) van toepassing. U moet vooraf een vergunning vragen bij de gouverneur. Die zal de lokale politie vragen een onderzoek te doen en u vragen :
een recent medisch attest bij uw aanvraag te voegen
deel te nemen aan en te slagen voor een theoretische en een praktische proef (tenzij u vrijgesteld bent)
te bewijzen dat uw huisgenoten akkoord gaan met uw wapenbezit
een van de in de wet opgesomde redenen voor wapenbezit op te geven en te bewijzen dat u het wapen daarvoor nodig hebt.
Per ingediende aanvraag (ongeacht het aantal wapens) moet u een bedrag van 85 euro betalen (zie art. 51 van de wapenwet). De vergunning is geldig voor onbepaalde duur, maar de gouverneur controleert om de vijf jaar of u nog aan alle voorwaarden voldoet. Hij kan de vergunning intrekken als u de wet niet naleeft of een gevaar oplevert.
Bijkomende informatie
Wenst u meer inlichtingen in verband met uw persoonlijke situatie ?
U kunt zich wenden tot de lokale politie van uw verblijfplaats. De lijst van politiekantoren is beschikbaar op de website van de politie op volgend adres : www.infozone.be
U kunt surfen naar de website van de federale overheidsdienst Justitie. Een specifieke rubriek “ wapens ” is toegankelijk op volgend adres : www.just.fgov.be> rubriek informatie > justitite van A tot Z. Onder deze rubriek vindt u alle wetteksten waarvan sprake in dit overzicht.
U kunt zich wenden tot de wapendienst van de gouverneur van uw provincie.
LIMBURG
Universiteitslaan 1
3500 HASSELT
Tel: 011 23 80 87 - Fax: 011 23 80 56
Bron : Federale Overheidsdienst Justitie
Ministerieel besluit tot bepaling van de laders met een groter dan normale capaciteit voor een bepaald model vuurwapen
21 SEPTEMBER 2012
De Minister van Justitie,
Gelet op de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens, artikel 3, § 1, 15° ;
Gelet op advies 51.804/2/V van de Raad van State, gegeven op 22 augustus 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, 1ste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, vervangen bij de wet van 2 april 2003,
Besluit :
Artikel 1. De laders met een grotere capaciteit dan de normale voor een bepaald model vuurwapen, bedoeld in artikel 3, § 1, 15°, van de Wapenwet, hebben een capaciteit van meer dan :
- voor halfautomatische pistolen : 20 patronen;
- voor geweren met pompactie (al dan niet halfautomatisch): 10 patronen;
- voor karabijnen met hendel met randontsteking : 15 patronen;
- voor karabijnen met hendel met centrale ontsteking : 10 patronen;
- voor grendelkarabijnen met randontsteking : 20 patronen;
- voor grendelkarabijnen met centrale ontsteking : 10 patronen;
- voor halfautomatische karabijnen met randontsteking : 40 patronen;
- voor halfautomatische karabijnen met centrale ontsteking : 30 patronen;
- voor geweren met gladde loop : 10 patronen.
In afwijking van het eerste lid mogen laders voor halfautomatische pistolen gebruikt voor IPSC door houders van een sportschutterslicentie meer dan 20 patronen kunnen bevatten op voorwaarde dat de lengte van de lader, gemeten aan de achterzijde, kleiner is dan 171mm.
Art. 2. Dit besluit is niet van toepassing op de laders waarvan de persoon die ze voorhanden houdt, bewijst dat hij ze heeft verworven voor de dag waarop dit besluit wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. Die laders mogen dan uitsluitend los van een wapen voorhanden worden gehouden.
Art. 3. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 21 september 2012.
Mevr. A. TURTELBOOM
Gepubliceerd in het staatsblad: 26-09-2012